Fiedler contingentie theorie
Fiedler contingentie theorie: in dit artikel wordt de Fiedler contingentie theorie praktisch uitgelegd. Na het lezen begrijp je de basis van de krachtige contingentie en situationeel leiderschap tool.
Inleiding
In de jaren zestig van de vorige eeuw deed Fred Fiedler onderzoek naar de samenhang (contingentie) tussen de effectiviteit van de leiderschapsstijl en de situatie.
Deze samenhang werd later bekend als de Fiedler contingentietheorie. Daarmee was hij een voorloper op het situationeel leiderschap van Paul Hersey en Ken Blanchard.
Contingentie theorie factoren
De effectiviteit van leiderschap is volgens Fred Fiedler afhankelijk van een aantal factoren, waaronder de situatie en de persoonlijkheidskenmerken van de leidinggevende.
Concreet onderscheidde Fred Fiedler de volgende drie factoren:
1. aard van de groep
Niet alleen de aard en sfeer binnen de groep, maar ook de relatie tussen de groep en de leidinggevende zijn bepalend voor de manier van leidinggeven. Fred Fiedler spreekt van een wisselwerking; wanneer de leidinggevende het volste vertrouwen aan zijn medewerkers geeft, zullen zij zich loyaal en coöperatief opstellen. Andersom zal een leidinggevende zijn medewerkers vertrouwen, wanneer zij zich ten gunste van het bedrijf bewijzen. Deze groepsdynamica kan ook een negatieve uitwerking hebben, waardoor de leidinggevende genoodzaakt is om autoritair op te treden en zijn medewerkers minder zelfstandig te laten werken. Wordt de aard van de groep gekenmerkt door conflicten en competitiedrang, dan zal de leidinggevende genoodzaakt zijn de touwtjes strakker in handen te houden.
2. aard van het werk
De leiderschapsstijl van de leidinggevende is afhankelijk van de aard van het werk. Duidelijke taken die routinematig door medewerkers kunnen worden uitgevoerd, behoeven minder sturing dan gecompliceerde taken die keer op keer moeten worden uitgelegd en bijgestuurd.
3. macht van de leidinggevende
De formele macht van de leidinggevende wordt enerzijds bepaald door zijn hiërarchische positie en anderzijds door zijn kennis en competenties. Maar ook het persoonlijk gezag dat hij in meer of mindere mate van nature uitstraalt, is bepalend voor zijn omgang met zijn medewerkers en daardoor mede bepalend voor de situatie.
Leiderschapsstijl
Door deze drie situationele factoren te combineren en samen te voegen, komt Fred Fiedler tot diverse doelmatige leiderschapsstijlen, waarbij (afhankelijk van de situatie) zowel taakgerichtheid als mensgerichtheid effectief kunnen zijn:
Relatie leidinggevende <–> groep | Aard van het werk | Macht | Doelmatige leiderschapsstijl |
Goed | Routine | Sterk | Taakgericht |
Goed | Routine | Zwak | Taakgericht |
Goed | Onzeker | Sterk | Taakgericht |
Goed | Onzeker | Zwak | Mensgericht |
Slecht | Routine | Sterk | Mensgericht |
Slecht | Onzeker | Zwak | Taakgericht |
Aangezien persoonlijkheid (taakgerichtheid en mensgerichtheid) tamelijk stabiel is, suggereert de Fiedler contingentie theorie dat de situatie zodanig zou moeten worden aangepast dat het past bij de leider. De contingentie theorie noemt dit ´job engineering´. Daarnaast wordt training van groepen gezien als een methode om de aard van de relatie in de groep te verbeteren.
Kritiek op de contingentie theorie
Door de jaren heen is er ook kritiek op de Fiedler contingentie theorie gekomen. Zo zou de contingentie theorie weinig tot niet flexibel zijn. Fred Fiedler gaat er vanuit dat de natuurlijke leiderschapsstijl van een leidinggevende vast staat en gerelateerd is aan zijn persoonlijkheidskenmerken. Naar zijn idee is deze natuurlijke leiderschapsstijl daardoor het meest effectief. Waar hij echter aan voorbij gaat, is het feit dat een leidinggevende niet altijd hoeft toe te geven aan zijn natuurlijke leiderschapsstijl en dit ook kan loslaten. Zodoende kan hij per situatie eventueel meer aansturen op taakgerichtheid en/of mensgerichtheid.
Nu is het jouw beurt
Wat denk jij? Hoe pas jij de Fiedler contingentie theorie of situationeel leiderschap toe? Herken je het bovenstaande of heb je aanvullingen? Wat zijn volgens jou andere succes criteria of factoren die kunnen bijdragen aan goed leiderschap in de juiste situatie?
Deel jouw kennis en ervaring via het commentaar veld onderaan dit artikel.
Meer informatie
- Fiedler, F. (1987). New Approaches to Leadership, Cognitive Resources and Organizational Performance. John Wiley and Sons.
- Fiedler, F. (1971). Reviews studies of the contingency model of leadership effectiveness. Journal: Psychological Bulletin, vol. 76, no. 2, pp. 128-148.
- Fiedler, F. (1964). A contingency model of leadership effectiveness. Advances in experimental social psychology, 1, 149-190.
- Strube, M. J., & Garcia, J. E. (1981). A meta-analytic investigation of Fiedler’s contingency model of leadership effectiveness. Psychological Bulletin, 90(2), 307.
- Vecchio, R. P. (1977). An empirical examination of the validity of Fiedler’s model of leadership effectiveness. Organizational Behavior and Human Performance, 19(1), 180-206.
Citatie voor dit artikel:
Mulder, P. (2013). Fiedler contingentie theorie. Retrieved [insert date] from Toolshero: https://www.toolxshero.nl/leiderschap/contingentie-theorie/
Published on: 07/12/2013 | Last update: 17/03/2022
Wilt u linken naar dit artikel, dat kan!
<a href=”https://www.toolshero.nl/leiderschap/contingentie-theorie/”>Toolshero: Fiedler contingentie theorie</a>